gerstley boraatBerekeningen en experimenten om deze grondstof te vervangenAls we Gerstley boraat willen "namaken" uit grondstoffen die wel beschikbaar zijn dan is, vanuit chemisch standpunt gezien, van belang wat de samenstelling nu eigenlijk is. In een publicatie van Digitalfire is een lijst opgenomen met een aantal analyses.
De berekeningen en de experimenten hebben als startpunt Gerstley boraat, maar het uiteindelijke
doel is een bruikbaar recept voor de Raku stoker. Gebruikte Materialen:
Ulexiet is later aan de lijst toegevoegd omdat is gebleken dat de grondstof Colemaniet feitelijk een Ulexiet bleek te zijn. Werkwijze:
Kies grondstoffen met een zo eenvoudig mogelijke chemische samenstelling en bereken vervolgens
hoeveel van deze grondstoffen moeten worden toegevoegd om het recept (zo goed mogelijk) te
benaderen.
Echt moeilijk is dit niet, maar niet altijd krijgt men het voor elkaar om de som kloppend te
krijgen (vooral niet als de grondstoffen wat gecompliseerder van samenstelling zijn).
Experimenten: |
serie 1 t/m 41) Zo goed mogelijke benadering van Gerstley boraat met fritte 3221/1451
Het glazuur geeft blazen, duidelijk te zien op de foto met de blauwe kleur. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2) Zo goed mogelijke benadering van Gerstley boraat met colemaniet als B2O3 bron ipv fritte 3221, de rest van de grondstoffen zijn gelijk aan 1)
Het glazuur is niet goed gesmolten, de blauwe kleur is wat fletser | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3)
Grondstoffen zodanig gekozen dat geen CO2 vrijkomt, zoals wel gebeurt bij krijt
en dolomiet.
De twee nieuwe grondstoffen introduceren duidelijk meer SiO2 en het glazuur heeft een matige craquele en is slecht gesmolten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4) Zelfde grondstoffen als 3) echter met meer colemaniet om smelttemperatuur te verlagen.
De grotere hoeveelheid colemaniet zorgt ervoor dat het glazuur beter smelt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
serie 5 t/m 10
In serie 5 t/m 7 wordt het B2O3 gehalte verhoogd door toevoeging van fritte 3221
gelijktijdig wordt het gehalte aan wollastoniet verlaagd om het CaO gehalte gelijk te laten. 5) B2O3=.64 mol
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
6) B2O3=.79 mol
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
7) B2O3=.97 mol
Nummer 7 in deze serie geeft het beste resultaat, waardoor ook hier wordt aangetoond dat een hoger B2O3 gehalte beter is. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In deze serie wordt het B2O3 gehalte verhoogd door gebruik te maken van
Colemaniet ipv fritte 3221, voor de rest is het een zelfde soort proef als 8) B2O3=.99
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
9) B2O3=1.14
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
10) B2O3=1.29
Bij toenemend gehalte aan Colemaniet neemt het blazen van het glazuur toe met als gevolg een toenemend aantal pinholes. In deze serie geeft nummer 7 het beste resultaat. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
serie 11 t/m 1311) NaO=.06 mol% In deze serie wordt het gehalte aan fritte 1451 (en daarmee Na2O) verlaagd tot .06 mol% en 0 mol%
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
12) Na2O=0 mol
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
13) Na2O=.13 mol
In proef 12 is fritte 1451 teruggebracht naar nul, in deze proef wordt het Na2O gehalte weer
op .13 mol gebracht met fritte 1510.
Het resultaat van 12 was nog niet bekend anders zou direct al duidelijk zijn geweest dat
fritte 1451 geen invloed had op het blaasgedrag van het glazuur. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
serie 14 t/m 16In de voorgaande serie is gebleken dat het gehalte aan Na2O kon worden verlaagd tot nul, nu
wordt gekeken of MgO een belangrijke rol speelt. 14) weglaten van talk uit recept 12)
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
15) zelfde receptuur als 12) , echter nu met fritte 3221 als B2O3 bron ipv colemaniet
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
16) zelfde receptuur als 14) , echter nu met fritte 3221 als B2O3 bron ipv colemaniet
De resultaten van proef 15 en 16 zijn duidelijk het beste, er treedt geen blaasvorming op tijdens het stoken en er worden (daarom) ook geen pinholes gevormd. Proef 14 met alleen colemaniet geeft veel blaasvorming en een matig craquele. Het gebruik van colemaniet in Raku glazuur is af te raden! (alhoewel de prijs zeer gunstig is) Extra toevoeging van Na2O,MgO,CaO is bij gebruik van Nefelien Syaniet niet noodzakelijk!! | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
serie 17 t/m 19Nu bekend is dat alleen met fritte 3221 en nefelien syaniet een goed glazuur is te maken, zal onderzocht worden of de verhouding (tot nu toe in gewicht% 1:1 )een duidelijke invloed heeft op het resultaat. Ook is onderzocht of de dikte van het glazuur invloed heeft.
17) verhouding 3221 : NS = 8 : 12 (dun /dik aangebracht) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
18) verhouding 3221 :NS = 10 : 10 (dun /dik aangebracht) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
19) verhouding 3221 :NS = 12 : 8 (dun /dik aangebracht)
conclusie: dun opgebracht glazuur geeft duidelijker craquele dan dik opgebracht glazuur. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
serie 20 t/m 22
Het nu gevonden recept is goed en eenvoudig, echter de smeerbaarheid en daarmee de mogelijkheid
om het glazuur met de kwast op te brengen is nog niet optimaal.
In craquele vorming is er tussen de verschillende recepten bijna geen verschil te zien, echter bij proef 22 is de smeerbaarheid (en ook de veegvastheid) vergelijkbaar met Gerstley boraat, dat buitengewoon goed met de kwast was aan te brengen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Serie 23 t/m 25
In een poging het toch nog wat ingewikkeld te maken (je voelt je alchemist of niet) is wat
gespeeld met het gehalte aan Na2O door zout (NaCl) of soda (NaHCO3.H2O) toe te voegen.
proef 23 geen toevoeging aan receptuur pr 22 Er is geen verschil in resultaat jammer? Nee!! | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In eerste instantie is geprobeerd om de chemische samenstelling van gerstley boraat zo goed
mogelijk na te maken.
Dit kan gerealiseerd worden door het samenvoegen van :
fritte 1451,dolomiet,krijt,fritte 3221 of colemaniet.
Het opblazen van het glazuur tijdens het stoken wordt veroorzaakt door de ontledings gassen
Co2 (krijt/dolomiet) of H2O (colemaniet).
Dit is te voorkomen door gebruik te maken van wollastoniet en talk als grondstof voor CaO en
MgO (alhoewel dan wel extra SiO2 wordt toegevoegd)
Colemaniet als grondstof is in alle proeven ongunstig gebleken, doordat altijd blaasvorming
optreedt bij het stoken (ontwijken van water bij smelttemperatuur)
Calcium boraat fritte 3221 is zeer geschikt als grondstof voor B2O3.
Bij verdere experimenten blijkt dat bij toepassing van alleen fritte 3221 en uiteraard
nefelien syaniet, het glazuur al voldoet.
De smeerbaarheid van het glazuur wordt verbeterd door een gedeelte van het nefelien syaniet te
vervangen door ball clay.
Het uiteindelijke recept is verrassend eenvoudig:
Fritte 3221 | 100 gram |
Nefelien syaniet | 80 gram |
Ball clay | 20 gram |
Werkstukken gemaakt met het uiteindelijke recept |